Nieuws | ‘Groenbemesters uit Kessel brengen kringlooplandbouw stap dichterbij’

Nieuws | ‘Groenbemesters uit Kessel brengen kringlooplandbouw stap dichterbij’

In de omslag naar kringlooplandbouw speelt de bodem een grote rol. Voor akkerbouwers die willen werken aan duurzaam bodembeheer is het gebruik van groenbemesters een bewezen methode. Specialist in het veredelen van groenbemesters is Joordens Zaden uit Kessel. Met gewassen als gele mosterd en bladrammenes hoopt het bedrijf niet alleen Nederland, maar heel de wereld te helpen de omslag naar een duurzame landbouw te maken.

Het verhaal van Joordens Zaden begint in 1921, als Sjang Joordens vanuit huis zijn eigen zaadhandel begint. Eerst verhandelt hij alleen zaad, maar later breidt hij uit door zelf te telen en nieuwe rassen te ontwikkelen. Nu is het exact honderd jaar later en heeft Joordens 25 medewerkers in dienst, een jaaromzet van 12 miljoen euro en een wereldwijde afzet in veertig landen. Het bedrijf is onderdeel van de Franse RAGT-groep, dat behoort tot de top tien van mondiale zaadveredelaars. Al ruim dertig jaar geleden begon Joordens met het veredelen van groenbemesters en biedt nu vele rassen aan van verschillende planten.

Een groenbemester kan worden gebruikt voor het verbeteren van de fysische, chemische en/of biologische bodemvruchtbaarheid, maar heeft daarnaast andere kwaliteiten als het beheersen van ziekten, plagen en onkruiden en het in stand houden en/of verbeteren van de biodiversiteit. Door de juiste toepassing van bepaalde soorten, rassen en/of mengsels kunnen vooraf gestelde doelstellingen worden behaald, zoals aanvoer van organische stof, aaltjesbeheersing, verbeteren mineralenhuishouding, onderdrukken van plantpathogene schimmels in specifieke rotaties, structuurverbetering en erosiepreventie.

Het is geen toeval dat Joordens al in de jaren tachtig de mogelijkheden van groenbemesters verkende. Het bedrijf leverde zaad voor de zeer intensieve Nederlandse suikerbietenteelt, waar het steeds moeilijker werd te produceren. De bieten bleken dood te gaan als gevolg van een aaltjessoort. Onderzoek in het lab van Joordens wees uit met welke plantjes deze aaltjes weggejaagd konden worden.

Nu levert Joordens bladrammenas, gele mosterd, Ethiopische mosterd, bruine mosterd, raketsla, Japanse haver, facelia, afrikaantjes en boekweit. Ieder gewas heeft zijn eigen specifieke kenmerken en mogelijkheden, maar vooral ook de combinatie is van belang. In een interview met De Limburger legt directielid John Smolenaars het uit. ‘De kunst is een goede combinatie van zaden te vinden. Als er planten bij zitten die de schadelijke aaltjes lekker vinden, vermeerderen ze zich toch nog.’ Onderzoekers van Joordens zoeken uit welke zaadmengsels van groenbemesters en andere plantjes de biodiversiteit op de akkers het beste dienen.

Groenbemesters worden al veel gebruikt in de biologische akkerbouw, maar gangbare akkerbouwers in Nederland en Europa kennen ook de voordelen. Op andere continenten is het lastiger. Hoewel de gewassen meestal geen oogstbaar producten opleveren, weet Joordens toch ook in Amerika steeds meer te overtuigen. De intensieve landbouw zorgt daar voor ongewenste plagen waar Joordens antwoorden op kan geven.

Naast de genoemde groenbemesters levert Joordens vlinderbloemigen, voederbrassica’s, voedergrassen, voederbieten en biologische zaden. In het researchstation in Neer worden – onder klimaat gecontroleerde omstandigheden – schimmeltoetsen en resistentieproeven uitgevoerd. Veldonderzoek vindt plaats op proefvelden in binnen- en buitenland. In alle ontwikkeling van nieuwe rassen staat de toekomst van de landbouw en een gezonde bodem centraal.

Bron: Kiempunt Limburg